De Nederlandse Aardolie Maatschappij (NAM) mag langer doorgaan met gas winnen uit het gasvelden Middelie, Rustenburg en Westbeemster worden gewonnen. Ook mag gaswinning worden opgekrikt. Tientallen bezwaren werden ingediend tegen de voorlopige goedkeuring, maar staatssecretaris Hans Vijlbrief legde ze naast zich neer. Volgens hem is er weinig risico op bodemdaling en aardbevingen omdat het Middelie-gasveld relatief klein is.

Het Middelie-gasveld wordt sinds 1975 gebruikt voor gaswinning. Oorspronkelijk zat er rond 11 miljard m³ gas in. Dat is weinig, vergeleken met de 2.800 miljard m³ die ooit in het Groninger veld zat. Daarom ook de veel kleinere risico's. Het Ministerie van EZ&K publiceerde een uitgebreide instemmingsbesluit. Met de nieuwe vergunning mag de NAM tot 2035 doorgaan en de gaswinning verhogen. Daarvoor zijn geen extra putten nodig.

Tegen de voorgenomen toestemming eerder dit jaar veel verzet. Gemeenten Alkmaar en Dijk en Waard zagen geen problemen, maar Koggenland, Edam-Volendam en Purmerend waren niet blij. Ook bewoners uitten hun onvrede. Er is vrees voor aardbevingen en bodemdaling. Staatssecretaris Vijlbrief stelde dus dat het allemaal erg mee zal vallen, gebaseerd op allerlei onafhankelijke onderzoeken. Er zijn tot nu toe twee aardbevingen geweest: eentje van 2,7 op de Richterschaal in 1989 bij Kwadijk en eentje van 2,5 in 2005 bij Warder. De NAM berekende dat de bodemdaling door gaswinning tot 2021 zo'n 4 cm was, en nog eens hooguit 4 cm tot aan 2039 zal zijn.

Ook werd gesteld dat de gaswinning indruist tegen de energietransitie, maar Vijlbrief wees er eerder al op dat er de komende jaren nog heel veel gas nodig zal zijn. Wel deed hij een concessie: de NAM wilde toestemming tot in 2039 maar krijgt deze tot 2035.

De provincie zag de extra gaswinning ook niet zitten, omdat winningsplan niet duidelijk genoeg zou zijn, en het wees op een project met geothermie in hetzelfde gebied. Volgens het ministerie vindt de winning van aardwarmte plaats op andere diepten en in andere ondergrondlagen. Het hoogheemraadschap was ook sceptisch, omdat er met name op veenrijke locaties ook natuurlijke bodemdaling is. Voor wat betreft de waterhuishouding maakt HHNK zich geen zorgen bij bevingen lager dan 3,0. (afbeelding: Kadaster)